Vanaf 1 januari 2020 stijgen de ov-tarieven voor vervoersbewijzen bij GVB met gemiddeld 2,2%. Het dagelijks bestuur van de Vervoerregio stelt deze tarieven ieder jaar vast voor Amsterdam en omstreken. De nieuwe tarieven zijn in lijn met de landelijke stijging voor stad- en streekvervoer.
Opbouw saldoreistarief
Het saldoreistarief bestaat uit twee onderdelen: het basistarief en het kilometertarief. Dit laatste is de prijs die geldt voor iedere gereden kilometer. Het basistarief gaat vanaf volgend jaar omhoog van 96 naar 98 cent. Dit basistarief is in heel Nederland gelijk. Het kilometertarief stijgt in de concessie Amsterdam (GVB) van 16,2 cent naar 17 cent. De prijsbepaling komt mede tot stand op basis van de indexering op basis van de Landelijke Tarieven Index (LTI). In de tabel hieronder is te zien hoe de indexering over de afgelopen jaren is opgebouwd.
Jaar | Tarievenindex |
2020 | 2,23% |
2019 | 2,84% |
2018 | 1,13% |
2017 | 0,38% |
2016 | 1,20% |
2015 | 1,14% |
2014 | 1,28% |
2013 | 3,83% |
Meer informatie nieuwe ov-tarieven
Voor een overzicht van onze nieuwe producten en prijzen voor 2020 kan je hier terecht of een beroep doen op onze klantenservice.
Wat is de Landelijke Tarieven Index?
Met de Landelijke Tarieven Index (kortweg: LTI) worden jaarlijks de ov-tarieven in het stad en streekvervoer vastgesteld. Hierbij kijkt het LTI naar de prijsontwikkeling van o.a. loonkosten en brandstoffen zoals diesel, aardgas en elektriciteit. Het doel van deze prijscorrectie is om kostenstijgingen op te vangen zodat niet ingeleverd hoeft te worden op het huidige OV-aanbod.